De laatste jaren speelt de Vlaamse zanger Raymond van het Groenewoud graag in Nederland. Dat is weleens anders geweest. ‘Lange tijd werd mijn muziek hier beschouwd als popiejopie. Nu is de appreciatie er weer.’ Vorig jaar verscheen alweer het zeventiende studioalbum van de zanger van klassiekers als Je veux de l’amour, Meisjes en Liefde voor muziek. Ook op zijn laatste plaat wisselen vrolijke rocksongs en ontroerende ballads elkaar af. Raymond van het Groenewoud, de beminnelijke Belg met Nederlandse roots, is niet weg te denken uit het muzieklandschap van de lage landen. Om te beginnen: hoe gaat het met u? ‘Er is nog genoeg motivatie om door te gaan. Alles wat met muziek te maken heeft, is vrijwel een plezier voor mij. Maar alles wat met verplaatsingen te maken heeft, doe ik met lange tanden. De huidige verkeersproblematiek ervaar ik als een gekkenhuis. In september ga ik me daarover beraden en neem ik een tijdje geen optredens aan. Maar geen zorgen hoor: het is maar een pauze.’ Deze zomer speelt u met uw band bij Slot Zeist. U staat ook regelmatig solo op het podium. Wat heeft uw voorkeur? ‘Die heb ik niet, ik doe het allebei graag. Ik probeer het te doseren. Het hangt een beetje af van het humeur van de dag. Maar het komt zelden voor dat het een of het ander ongaarne gebeurt. Als ik alleen speel, droom ik niet van een groep, en omgekeerd. Ik weet me nu gezegend met de beste band die ik ooit heb gehad. Daarom is het misschien dom om na de zomer een pauze in te lassen.’ Soms moet u toch ook aan uzelf denken. Uw nieuwe album is getiteld Egoïst. ‘Egoïsme is een rekbaar begrip. Hopelijk blijkt dat ook uit de tekst van de titelsong. Men gebruikt het vaak als verwijt op momenten dat het doen en laten van een ander niet bevalt. Ik denk dat een artistiek type wel egoïstisch moet zijn, net als een topsporter. Je bent ten koste van veel bezig met dat ene. Het lied zelf gaat over een persoon die bang is egoïst te zijn, omdat hij in de eerste plaats zorgt voor zijn eigen zielenheil. Maar deze persoon wordt bezworen dat het sowieso bij jezelf begint, voordat je iets kunt betekenen voor een ander. Of ik er weleens op ben aangesproken? Vooral in relaties, ja.’ U heeft tal van liedjes over vrouwen geschreven. ‘Ik hou te veel van de madams,’ zingt u bijvoorbeeld. Is dat veranderd nu u 74 jaar bent? ‘Vrouwen hebben inderdaad een grote rol gespeeld in mijn leven. Maar de aandacht verlegt zich van iets minder veroveringszucht naar iets meer vertedering. Mijn mooiste lied over vrouwen? Jouw liefde vind ik wel geslaagd. Daarin zing ik over alle onderwerpen die er voor mij toe doen, gevolgd door de regels: Over jouw liefde, daarvan zing ik niet/ Die is te mooi en te edel voor dit lied.’ De laatste jaren ben ik aangenaam verrast door de respons hier Het contrast tussen uw weemoedige ballades en vrolijke liedjes is altijd best groot geweest. ‘Melancholie en uitbundigheid zitten allebei in mijn karakter. Die afwisseling is voor een deel een erfenis van The Beatles, die ook veel verschillende humeuren en temperamenten hadden op hun platen. Iets wat ik altijd zeer heb geapprecieerd. Weemoed speelt zeker een rol in mijn huis-, tuin- en keukenleven. Maar een optreden brengt me naar een peil waar ik het lastig vind om alleen maar melancholie te spelen. Net als de andere muzikanten in mijn band hou ik ook van blues en ritmepatronen.’ Voelt u zich geliefd in Nederland? ‘De laatste jaren ben ik aangenaam verrast door de respons hier. Een optreden in Paradiso, vlak na corona, zal ik nooit vergeten: er kwam zoveel liefde uit de zaal! Dat is weleens anders geweest. Lange tijd werd mijn muziek in Nederland beschouwd als popiejopie. Ik ben ook een poosje gestopt met optredens, vanwege de feesttentensituatie op zaterdagavond in dorpen en gemeentes. Die verwijdering heb ik zelf dus mede in de hand gewerkt. Maar de laatste tijd treed ik hier met veel plezier op. De golflengtes komen meer overeen, zo lijkt het. De appreciatie is er. Een radioprogramma als De Taalstaat van Frits Spits, met de speciale aandacht voor het Nederlandstalige lied, heeft hier ook aan bijgedragen.’ Hebt u nog een speciale herinnering aan Utrecht? ‘Zeker, toen ik een paar jaar geleden optrad in TivoliVredenburg zong ik een lied over Amsterdam. De eerste regels mochten nog wel, maar toen ik over Ajax begon, klonk er geloei uit de zaal, haha.’ 15 augustus, Slottuin Zeist, tivolivredenburg.nl 8x Raymond van het Groenwoud MENEER DE POSTBODE (1973) Ontroerend kleinood op piano, uit de tijd dat men nog verwachtingsvol uitkeek naar de postbode met hopelijk een mooie brief. MEISJES (1977) Stevig rocken kan de Vlaming ook. Door de NCRV en de KRO in 1977 geboycot vanwege de tekstregels ‘Meisjes, ze komen zelden klaar meneer’, en: ‘Ze komen goed van pas.’ NOOIT MEER DRINKEN (1977) De ironie is nooit ver weg bij Raymond van het Groenewoud. Het perfecte lied om te beluisteren (en mee te zingen) na een met drank overgoten nacht. DANIELLE (1977) Een van zijn mooiste liefdesliedjes, zowel qua melodie als tekst, over een van zijn vele grote liefdes. ‘Ik ben de hofnar en ik buig zeer diep voor haar.’ JE VEUS DE L’AMOUR (1980) De gepassioneerde schreeuw om liefde betekent zijn doorbraak in Nederland. ‘Nu, niet seffens, niet direkt, niet sebiet, niet weldra, maar nu, maintenant tout de suite, heute gvd!’ LIEFDE VOOR MUZIEK (1990) Onweerstaanbare meezing-gospel. De zanger op zijn uitbundigst. TWEE MEISJES (1996) Prachtig ingetogen, poëtisch lied over de jeugd en de vergankelijkheid. Met aan het eind een bezielde gitaarsolo. VERLATEN GEBOUW (2023) Alweer zo’n klein, weemoedig lied waar de zanger patent op heeft. Hij zegt erover: ‘Dat gaat niet over overleden generatiegenoten, maar over een voorgaande generatie, die van mijn ouders. Maar je kunt een liedje altijd breder opvatten.’ Locatie Slot Zeist Aan de zuidkant van Zeist, aan de rand van de bebouwde kom, ligt het indrukwekkende Slot Zeist. Bekijk locatie Locatie TivoliVredenburg In het centrum van Utrecht staat TivoliVredenburg: een uniek uitgaanscomplex dat gebouwd is voor alle soorten muziek en uitgaan. Bekijk locatie